WIJZIGINGEN IN DE BRABANT C REGELINGEN

Per 1 januari 2023 worden enkele wijzigingen aangebracht in de Brabant C regelingen. Deze wijzigingen betreffen projecten van ten minste nationale betekenis (§11 van de Subsidieregeling hedendaagse cultuur Noord-Brabant) en Matching impactprojecten (§13 van de Subsidieregeling hedendaagse cultuur Noord-Brabant. Daarnaast wijzigen ook de Brabant C subsidieplafonds en de aanvraagperiode voor 2023. Hieronder lichten wij alles toe. Vanaf 15 december 2022 zijn enkel de vanaf 1 januari 2023 geldende documenten op brabantc.nl website te vinden om verwarring te voorkomen.

Projecten van ten minste nationaal belang (§11)

Einde aanvullende bijdrage voor extra onkosten in verband met de coronapandemie
Per 1 januari 2023 vervalt de mogelijkheid voor projecthouders die al een project met een Brabant C-bijdrage hebben lopen, om een aanvullende bijdrage van maximaal € 25.000 aan te vragen. Voor nieuwe projecten kunnen eventueel verhoogde kosten wel onderbouwd in de basisbegroting worden meegenomen.

Matching impactprojecten (§13)

Vanaf 1 januari 2023 voeren we enkele belangrijke aanpassingen door in de regeling ‘Matching impactprojecten’ (§13 van de Subsidieregeling hedendaagse cultuur Noord-Brabant). Dit naar aanleiding van de eerste ervaringen die we in pilotjaar 2022 met de regeling hebben opgedaan. Dit zijn ze:

1. Culturele instellingen kunnen voortaan ook aanvrager zijn.
Om te beginnen stellen we de regeling nu ook open voor culturele instellingen die zelf de formele aanvrager willen zijn. Dat is goed nieuws, want in de oude regeling konden culturele instellingen alleen aanvragen namens een andere samenwerkingspartij in het project. Die andere partij moest dan formeel alle verantwoordelijkheid voor de aanvraag op zich nemen. We hebben gezien dat dit soms tot onduidelijkheid leidde bij de betrokken partijen en soms zelfs tot terughoudendheid bij de formele aanvrager. Dit onderscheid laten we daarom vervallen. De kwaliteit van de samenwerking vinden we belangrijker dan wie nu precies de formele verantwoordelijkheid neemt.

2. Uitbreiding van bijdragen die voor matching in aanmerking komen
Meer goed nieuws: in de oude regeling kwamen alleen bijdragen van privaatrechtelijke rechtspersonen voor matching in aanmerking. Voortaan kunnen bijdragen van sommige publiekrechtelijke rechtspersonen ook voor matching in aanmerking komen. Denk aan organisaties als waterschappen en universiteiten en andere onderzoeksinstituten die formeel de status van publiekrechtelijke rechtspersoon hebben. Ongewijzigd blijft dat de financiële bijdragen van gemeenten, provincie en de rijksoverheid niet voor matching in aanmerking komen. Wat de laatste categorie betreft hebben we nu ook uitdrukkelijk opgenomen dat bijdragen van rijkscultuurfondsen niet voor matching in aanmerking komen. Dat is niet veranderd, maar wel duidelijker opgenomen.

Op dit moment zijn de rijkscultuurfondsen:

  • Fonds Podiumkunsten
  • Stimuleringsfonds Creatieve Industrie
  • Mondriaanfonds
  • Nederlands Filmfonds
  • Nederlands Letterenfonds
  • Fonds voor Cultuurparticipatie

Door deze toespitsing kunnen bijdragen van andere publiekrechtelijke rechtspersonen, zoals waterschappen of universiteiten, voortaan wél voor matching in aanmerking komen.

Wat ook blijft, is dat de bijdrage van een culturele instellingen niet wordt gematched. Dat een culturele instelling nu ook zelf aanvrager kan zijn, heeft daar geen invloed op.

3. Een samenwerkingsovereenkomst is voortaan verplicht.
Aansluitend bij punt 1 wat betreft de kwaliteit van de samenwerking, vragen we voortaan een samenwerkingsovereenkomst tussen de samenwerkende partijen in het project als bijlage van de aanvraag. Dit gaat verder dan losse, individuele verklaringen of intenties van deelnemende partijen om bij te dragen. Neem voor vragen over deze overeenkomst contact op met Geert Lenders.

De samenwerkingsovereenkomst bevat:

  • de namen van de deelnemende partijen in het project: culturele instelling(en), maatschappelijke organisatie(s) op het gebied waar maatschappelijke impact wordt beoogd en (andere) private financier(s), met van ieder de naam van de vertegenwoordiger die de overeenkomst namens die organisatie tekent en de vermelding van diens rol in de eigen organisatie.
  • wat de bijdrage in financiën en/of uitvoering van ieder van de deelnemende partijen aan de realisatie van het project en de te bereiken impact zal zijn. De genoemde bijdragen worden verplichtend door hun vermelding, het kan dus niet om een intentie gaan.

Let op! Verplichtingen onder voorwaarde, bijvoorbeeld dat een bepaald minimum aan totale financiering wordt bereikt, worden door Brabant C voor de beoordeling van de kwaliteit en de hoogte van de matching buiten beschouwing gelaten zolang aan de voorwaarde niet is voldaan, tenzij de voorwaarde de bijdrage van Brabant C zelf betreft. Tussen de deelnemende partijen moeten dit afspraken zijn waar zij elkaar aan kunnen houden.

De overeenkomst hoeft niet volgens een bepaald model te worden opgesteld, maar alle genoemde ingrediënten moeten er wel in zitten. Zo komen de deelnemende partijen in één en door allen ondertekend document, dus ook tegenover elkaar, overeen wat ieders bijdrage zal zijn.

Het fonds zal de inhoud van deze overeenkomst betreffen bij de beoordeling van de kwaliteit van de op impact gerichte samenwerking in het project.


Subsidieplafonds en aanvraagperiode

Subsidieplafonds

  • Voor projecten van ten minste nationaal belang (§11) bedraagt het subsidieplafond in 2023 € 3.000.000.-
  • Voor ontwikkelprojecten (§12) bedraagt het subsidieplafond in 2023 € 500.000,-
  • Voor matching van impactprojecten (§13) bedraagt het subsidieplafond in 2023 € 500.000,-

Aanvraagperiode
Voor alle drie de paragrafen geldt dat aanvragen kunnen worden ingediend vanaf 2 januari 2023 tot en met 31 december 2023, voor zover onder het subsidieplafond nog voldoende middelen voor de aangevraagde bijdrage beschikbaar zijn.